Groei hernieuwbare energie 

De achterliggende drijvende krachten voor hernieuwbare energie zijn genoegzaam bekend. Als u het mij toestaat ze kort af te stoffen zijn dit i) streven naar duurzaam produceren en consumeren en ii) streven naar onafhankelijkheid van fossiele bronnen.

Om bij dat eerste te beginnen. De 17 strategische ontwikkeldoelen (“SDG”) van de Verenigde Naties zijn opgesteld en er relateren er 3 direct raken aan hernieuwbare energie. Dit is belangrijk, want de doelen worden vaak gebruikt als ankers bij de strategie van bedrijven, maar ook bij beleidsmakers op gemeentelijk, provinciaal, landelijk en Europees niveau.

De rakende doelen zijn:

• SDG 7: Betaalbare en Duurzame Energie 2030. Hieronder valt onder andere in aanzienlijke mate het aandeel hernieuwbare energie in de globale energiemix verhogen.
• SDG 9: Industrie, innovatie en infrastructuur 2030. Hieronder valt onder andere het moderniseren van de infrastructuur en industrieën aanpassen om hen duurzaam te maken, waarbij de focus ligt op een grotere doeltreffendheid bij het gebruik van hulpbronnen en van schonere en milieuvriendelijke technologieën en industriële processen.
• SDG 13: Klimaatactie 2030. Bedoeld wordt onder andere maatregelen inzake klimaatverandering integreren in nationale beleidslijnen, strategieën en planning (bijv. inzake CO2 uitstoot)

Bovenstaande wordt versterkt door een Europese richtlijn (van kracht sinds eind vorig jaar) om ook te rapporteren (“CSRD”) over zaken zoals bijvoorbeeld CO2 uitstoot. Grote bedrijven moeten dit al vanaf 2024, middelgrote bedrijven vanaf 2025, en nog kleinere later.

De impact is er nu echter al: grote bedrijven dienen vaak ook inzicht te geven in de duurzaamheid van haar leveranciers (naast van hun eigen activiteiten).

De tweede reden (onafhankelijkheid van fossiele bronnen) is sinds 24 februari 2022 met hoofdletters benadrukt en kijk naar de recente ontwikkelingen rond Israël.

Hoe wij als Windunie inspelen op de achterliggende krachten is verschillend. Enerzijds zijn er enorme doelstellingen. Voor het Nederlandse deel van de Noordzee is de 2030 doelstelling 21 GW capaciteit (huidig incl. nog af te ronden tot eind 2023 op Noordzee 10,7 GW).

Anderzijds is er wereldwijd door de gestegen rentes sprake van stopzetten van een aantal wind op zee plannen (Ørsted schreef USD 2 mrd af op een Amerikaans windpark en Vattenfall EUR 500 mln op een Brits park). Maar ook al zal de groei van nieuwe capaciteit langzamer gaan: de huidige wind-op-zee draait al. Het nieuwsbericht midden oktober dat de overheid verwacht dat wind-op-zee duurder uitvalt ging met name om capaciteit na 2032 (dus na voornoemde doelstelling).

Deze nieuwe stroom concurreert met onze bestaande land-opwek (Windunie ca. 0,8 GW). Dat betekent dat we slimmer om moeten gaan met de verwaarding van onze stroom. In de regiobijeenkomsten zijn de eerste contouren (hubs, Windunie Zeker) geschetst. Denkt u mee? Neem dan contact op met Jan Ubbo.

Bronnen:

1. https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/duurzame-energie/windenergie-op-zee
2. FD artikel 11 oktober 2023 “Groene-energiebedrijven hard geraak nu oplopende rente groei frustreert”