Wat wil je achterlaten als je er niet meer bent? Ergens in je leven heb je je dit mogelijk afgevraagd. Ik kan me ook voorstellen dat de antwoorden wisselend zijn geweest. Maar dat ze altijd een kern van liefde, plezier, licht, warmte, kansen en gelijkheid met zich meebrachten voor je dierbaren. Soms worden die mooie woorden heel concreet. Een huis, een bedrijf, een studiebeurs voor je kind. En soms gaat het over een leefbare aarde.
Steeds vaker gaat het over een leefbare aarde.
Die gelofte zou ik graag willen inwilligen. Dat het feit dat ik besta, uiteindelijk bijdraagt aan het maken van een mooiere wereld. Een wereld waar mijn kinderen ook weer een mooie bijdrage aan kunnen leveren.
Als kind wist ik het al: ik wil iets achterlaten zoals een Colosseum. Een prachtige kerk. Iets dat ademt dat het generaties lang is opgebouwd en er honderden jaren later nog staat. Om bewonderd te worden. Om tot bezinning te komen. Om jouw leven in perspectief te plaatsen van het volledige plaatje waar je een onderdeel van bent.
De natuur heeft hetzelfde effect op mij. De bergen, de bossen, de oceaan, een heldere sterrennacht. Allemaal plekken en aanzichten waar ik me klein en fijn door voel. Belangrijk én bescheiden. Waar ik me kan verwonderen over kracht die zowel mooi als angstaanjagend is. Iets wat niet opgebouwd hoeft te worden maar er al is.
En dan komen de zorgen. Want blijft die natuur wel? Kan iemand over 100 jaar nog zo vrij rondlopen en verwonderen? En is het erg als dat niet meer kan? Of hoort ook het vergaan van onze natuur bij het leven?
Inmiddels ben ik van mening – en wie weet verandert dat door de jaren heen nog – dat we alles waar we invloed op hebben, moeten omarmen om er een positieve beweging mee te creëren. Dat kan met hoe we consumeren, grondstoffen gebruiken en ook hoe we omgaan met onszelf, bijvoorbeeld onze mentale gesteldheid.
Gelukkig heb ik veel mensen om me heen die dat ook zo zien. En die daar ook mee bezig zijn op hun eigen manier. En dat maakt het ook voor mij fijn om nu te leven, ondanks alle crises, en stapje voor stapje de positieve bewegingen te volgen en te versterken.
En het mooiste vind ik nog wel dat er nu ook concrete monumenten gebouwd worden van mijn beweging. Die oplossingen en tijdelijkheid perfect combineren. Want ze staan er relatief tijdelijk vergeleken met een Colosseum of Eiffeltoren (zo overdreven hoef ik mijn stempel niet te drukken). Ze staan er zo lang ze nodig zijn. En daarna worden ze circulair herbruikt. En nu ze er na ruim 10 jaar hard werken echt staan, kan ik 25 jaar lang wijzen, en zeggen: “Dat, die windmolens, dat zijn de monumenten van mijn generatie!”