Hoe ver groeien
Zoals genoegzaam bekend is er een wereldwijde ambitie van groei van hernieuwbare duurzame energie. Enerzijds geholpen door gestegen energieprijzen, maar anderzijds gehinderd door hogere investeringen per MWh en hogere financieringslasten door de hogere rente.
Onze ambities zijn zoals bekend geënt op het ledenbelang en concreet gevormd door vernieuwing van afzetmogelijkheden zoals via Windunie Zeker en de ontwikkeling van lokale energiehubs.
Om duiding te geven hoe wereldwijde spelers omgaan met de energietransitie kunnen we de jaarverslaglegging van het beursgenoteerde Deense Ørsted raadplegen. Dat is interessant, want lang niet alle actieve spelers hoeven transparant te zijn over hun doen en laten.
Verder is het Deense Ørsted is relevant want zij ontwikkelt en exploiteert onder andere wereldwijd windparken met een geïnstalleerd vermogen van 15,7 GW (per jaareinde 2023) en een jaarproductie van 35,6 TWh elektriciteit, en een jaaromzet van EUR 10,6mrd.
Geïnstalleerd vermogen (inclusief in aanbouw en gegund)

Men is actief in de ontwikkelfase, bouwfase en exploitatiefase (waar kennen we dat ook alweer van). Het jaarverslag maakt substantiële melding van afboekingen op windparken en afzegboetes. Zeer opvallend is ook dat men een boekje opendoet over wat men anders denkt te gaan doen. Zoals bijvoorbeeld het opnemen van inflatiecorrectiemechanismes in PPA’s. Ook zeer opvallend: het melden van het inhouden van dividend over 2023-2025. Meevaller, zo was te lezen in reacties, was dat er niet met de pet rond gegaan hoefde te worden bij aandeelhouders (emissie).
Interessant om ook even in te zoomen op het voor ons zo bekende exploitatie stuk van het bedrijf. Hoeveel omzet maakt zij op haar verkochte stroom? Het bedrijfsonderdeel offshore is puur wind en goed te vergelijken. Hier werd 21,4m TWh geleverd, waarvoor teruggerekend naar EUR ongeveer 172 EUR per MWh was ontvangen. Echter, onder aan de streep over alle activiteiten bleef er een nettoverlies over van EUR 2,7mrd (vooral door de afboekingen en afzegboetes).
Ook is de ambitie tot 2030 afgetopt, en wil zij graag operationele parken afstoten aan investeerders (bijv. pensioenfondsen) zoals ook opgemerkt door Bartjens in het FD.
Ørsted doet dit, naast andere maatregelen zoals kostenbesparingen, omdat haar kredietwaardigheid anders verslechterd. De externe kredietrating van Ørsted is BBB o.b.v S&P (wat net aan investment grade betreft). Dit is belangrijk, want een slechtere kredietrating verkleint het aantal potentiële financiers.
Conclusie: ambitie van het wereldwijd grootste bedrijf actief in ontwikkeling en exploitatie van duurzame energie is naar beneden bijgesteld (naar 35-37 GW vermogen in 2030, dit was een ambitie naar EUR 50 GW) maar dus nog steeds significant gericht op groei (want huidig vermogen zoals we begonnen bedraagt 15,7 GW).
Op een kleinere schaal is de spanning herkenbaar: hoe goed is de business case, en hoe groot is het risico? Die van een windpark op land is anders dan die van een zonnepark, evenals wind op zee.
Hoe ver groeien wij als coöperatiebedrijf en hoe ver groeit uw ledenbedrijf?
Bron: Jaarverslag 2023 Ørsted (gepubliceerd op 7 februari 2024)
Bron: FD-artikel Bartjens 8-2-2024 (Vestas en Ørsted draaien uit de storm)
Jan Ubbo Berghuis
Bestuurslid